Het certificatieschema Beter voor Natuur & Boer - Zuivel heeft als doel de balans tussen de natuur, boer en koe te verbeteren. Samen wordt gewerkt aan het verbeteren van het dierenwelzijn van koeien en kalfjes, het bevorderen van de biodiversiteit en het verbeteren van de bodemgezondheid. Ook weten we precies waar de zuivel vandaan komt.
Dierenwelzijn staat centraal. Het aantal koeien wordt in balans gebracht met het aantal hectares grasland en koeien krijgen hoofdzakelijk gras te eten. Het comfort van de koe en kalf wordt stapsgewijs verbeterd en het natuurlijk gedrag wordt bevorderd. Zo is er voor elke koe een zacht ligbed en is er extra aandacht voor de gezondheid en het welzijn van kalfjes.
De melkveehouders werken samen aan betere en meetbare klauw- en uiergezondheid. Daarnaast streven de melkveehouders ernaar deze koeien 180 dagen weidegang te geven, als de weersomstandigheden dit toelaten.
Bodemgezondheid en CO2 vastlegging onder grasland is onderdeel van de standaard. Door niet meer te ploegen wordt CO2 vastgelegd in de bodem en dat is beter voor de bodemgezondheid. Voor het bevorderen van de biodiversiteit wordt er minimaal 10% kruidenrijkgrasland ingezaaid en is er 10% grasland met beheer. Zo wordt de bodem gezonder en veerkrachtiger én worden de graslanden aantrekkelijker voor weidevogels.
Gecertificeerde melkveehouders ontvangen een premie voor hun duurzaamheidsinspanningen boven op de marktprijs voor weidemelk. Daarnaast worden er lange termijn afspraken gemaakt en geldt er een afname commitment om de verduurzaming ook in de toekomst te waarborgen. Deelnemende melkveehouders gebruiken uitsluitend groene stroom en samen wordt gestreefd naar een zo laag mogelijke CO2 footprint.